'The Last Of The Many' - Eastern USA - Reisverslag uit Martha's Vineyard, Verenigde Staten van Gerard Mors - WaarBenJij.nu 'The Last Of The Many' - Eastern USA - Reisverslag uit Martha's Vineyard, Verenigde Staten van Gerard Mors - WaarBenJij.nu

'The Last Of The Many' - Eastern USA

Door: Gerard

Blijf op de hoogte en volg Gerard

16 Augustus 2009 | Verenigde Staten, Martha's Vineyard

Ik schrijf dit vanuit Boston, de laatste port of call op mijn reis, die precies 303 dagen geduurd heeft. Ik heb de afgelopen drie weken in de van mijn neef geleende Saab 900S cabrio door het oosten van Amerika gereisd. Vanuit Georgia naar het noorden vertrokken en ik ben daar met een omtrekkende beweging weer teruggekeerd. Ik heb daarbij de volgende staten meer of minder doorkruist: North Carolina, Virginia, West Virginia, Maryland, Pennsylvania, New York, Connecticut, Rhode Island, Massachusetts, New Hampshire, (stukje Canada), Vermont, Kentucky, Tennessee, Mississippi, Alabama en weer Georgia. In totaal heb ik 4629 mijl gereden, dat is 7406 km. Vooral heb ik in het begin nog wel eens de weg gevraagd, omdat ik nog geen goeie wegenkaart had. Dat naar de weg vragen schoot niet op hoor. In Jasper (GA) vraag ik bij een tankstation de weg. De twee meiden aldaar komen er niet uit. Ik zit vlakbij North Carolina, maar ook daar kunnen ze met moeite op komen. Ze hebben er zelf de grootste lol om. Ik zit de eerste dag plots in Tennessee, wat nog niet de bedoeling is. Daar vraag ik de weg en ik kan die man gewoon niet verstaan! Vreselijk wat knauwen. Een jonge deerne schiet te hulp. Zij herhaalt wat hij net zei en haar kan ik helemáál niet verstaan. Verschrikkelijk. En ik moet nog drie weken…

De staten Connecticut, Maine, Massachusetts, New Hampshire, Rhode Island en Vermont vormen samen ‘New England’. Prachtig gebied en het doet inderdaad veel aan Engeland denken. Alles prachtig onderhouden en mooie huizen. In Massachusetts ben ik naar Martha’s Vineyard geweest, het Amerikaanse Terschelling zeg maar. Met de ferry drie kwartier. Over prachtig blauw water. Verbleven in Edgartown - leuk maar druk dorpje.

De Saab lekt benzine. Ik sta in Errol, een gat met een general store, café-restaurant én een garage! Ik steek mijn hoofd om de deur en roep: “Hello!” Een wat oudere vrouw verschijnt achter een hordeur, die ze echter niet opent. We spreken door de hordeur heen. Of de hordeur kan niet open of ze denkt dat ik een insect ben. Ik leg mijn probleem uit. De techneut van de garage zit blijkbaar naast haar achter de muur; ik kan hem niet zien maar zij spreekt tegen iemand vlak naast haar. Omdat de hordeur dicht blijft vrees ik het ergste. Jawel, ik word niet geholpen. Ze verwijzen mij naar een garage 22 mijl (35 km) verderop. Dat is nog eens service. In Colebrook gaat de Saab op de brug; het euvel is snel gevonden. Lekke slangaansluiting. Advies van de monteur: niet verder dan driekwart volgooien en met de neus naar beneden parkeren. Opgelost!

New Hampshire en Vermont zijn erg mooi. Zeer bosrijk en prachtige heuvels. Ik kan mij heel goed voorstellen, dat hier iedere herfst de hotels chockers (nokkievol) zitten met mensen die naar de prachtige herfstkleuren komen kijken. 'Leaf peeping' heet dat hier.
In West Virginia wilde ik de ‘country roads’ van John Denver wel eens even aanschouwen. In een klein plaatsje genaamd Gandeeville wil ik af naar Harmony. Voor ik er erg in heb, ben ik Gandeeville al zes mijl voorbij. Ik rijd terug. Het gaat nergens over - geen wonder dat ik dit gemist heb. Ik zie een miezerig bordje met ‘Harmony Road’. Een superklein weggetje. Deze zal dan wel naar Harmony leiden lijkt mij. Het blijkt bovendien een bijzonder kronkelig weggetje te zijn, door berg en dal, langs weilanden en door bossen met af en toe een huis of boerderij. Na een tijdje begin ik mij af te vragen waar ik ben. Ik zie plots wat mensen in de tuin aan het werk. Ik stop en vader, dochter, zoon en hond komen nieuwsgierig op mij af. Ik vraag de weg naar Harmony. “Dit ís Harmony”, vertelt de dochter. Ik kijk om mij heen - één huis. Ik leg uit dat ik naar het plaatsje Kentuck wil. “Hier doorrijden”, vertelt de vader mij. “Bij de tweede blacktop links sla je af en dan rij je alsmaar rechtdoor. Dan kom je er vanzelf”. “Eh… blacktop?”, vraag ik. “Nou, gewoon de weg. Die hebben ze voorzien van een zwarte bovenlaag, net als hier, vandaar blacktop”. Ik kijk naar het wegdek. Dat wordt gezellig zoeken naar een weg die er zwarter uitziet dan de rest. Ik passeer een geasfalteerde zijweg naar links. Tja, die ziet er wel zwart uit. Nou ja, zwart, donkergrijs. Dat zal vast wel goed zijn. Nu de tweede zwarte weg nog zien te vinden. Dat wordt dus niks. Ik kom langs een ander huis. Een man wijst mij de weg. “Terug, de eerste weg rechts en dan steeds rechtdoor. Het is een lange weg, heuvelachtig, veel bochten, maar gewoon doorrijden. Op een gegeven moment kom je over een heuvel en dan zie je voor je een tankstation. Naar rechts ga je naar de Interstate 77 en naar links naar Kentuck". Hij valt even stil. "Je wilt naar Kentúck?”, vraagt hij er ongelovig achteraan. Zo van: ‘Daar wil ik nog niet dood over een hek hangen’.

Ik eet in de Log Cabin Restaurant. ‘Baked green tomatoes’ en ‘hush puppies’; dat is gefrituurd maïsbrood. Serveerster Cheyenne legt het me allemaal geduldig uit. Ook dat haar naam inderdaad een indianenstam is en dat ze deze naam heeft, omdat haar moeder indiaanse culturen bestudeerd heeft. Het is veel te veel eten. Ik drink er een onmeunig groot glas sju bij en dat gaat - zoals gebruikelijk hier - voor niets in de refill. Mijn hemel, ik zwalk klotsend het restaurant uit.

Voor de laatste keer deze reis naar de kapper. In Tennessee, bij een soort kapsalon aan huis. De kapster is een dame van ruim middelbare leeftijd. “Y’all wanna haircut?”, vraagt ze met een zwaar Tennessee-accent. ‘All?’, denk ik bij mezelf. Er zit alleen een omaatje onder de afzuigkap en die wil vast geen haircut. Dus ze zal mij dan wel bedoelen. Ze zet de schaar in mijn haar en de clippers in mijn schedel. Ik durf niets te zeggen. Als de kapster en het omaatje met z’n tweeën gaan praten, ben ik het spoor direct bijster. Mijn hemel, wat een zuidelijk geknauw! De kapster zegt weer wat, maar het omaatje geeft geen antwoord. “Eh… heb je het tegen mij?”, vraag ik voorzichtig. “Natuurlijk!”, zegt ze. Dat was een vermoeiende knipbeurt.

In Mississippi knippert een tegenligger met de koplampen. Ik neem gas terug en zet de cruise control netjes op 55 mijl. Verderop is er inderdaad controle: er staan politieauto’s aan beide zijden van de weg en in het midden staat een grote Afro-Amerikaanse sheriff. “Driver’s license”, zegt hij met een zware basstem. “Die heb ik in de kofferbak”, piep ik. Die zit immers in mijn rugzak. Ik heb alweer scenario’s in gedachten van complete controles, dat ik in de handboeien wordt afgevoerd en de nacht in de plaatselijke cel moet doorbrengen. Met andere grote boze negers en dat lijkt mij helemaal niet wat. Hij kijkt mij aan. “Van welke staat?” “Nou, niet van hier, ik kom uit Nederland”. “Go ahead, go ahead - be careful”, zegt hij en ik kan doorrijden. Zonder noemenswaardige problemen terug in Carrollton, Georgia. (Toch wel Saab-fan geworden.)

Vandaar naar Atlanta en nu dan in Boston. Een prachtige stad. Ik heb erg mooi weer. Vanavond (zondag 16e) vertrek ik naar Dublin en vandaar naar Amsterdam. Ik kom de 17e thuis. Zet ik na tien maanden weer voet op Nederlandse bodem. En inderdaad: er bestaan geen vreemde landen. Het is de reiziger zélf die de vreemde is (Robert Louis Stevenson).


The Last Of The Many - EASTERN USA


Boston, where I am now, is a beautiful and relaxed city. Home of the Boston Red Sox (baseball) and home of McDonalds it is called many names: from Beantown to The Hub, from Home of the Pilgrims to Home of the Celtics. Anyway, it's my last port of call of my journey that lasted exactly 303 days. In the past three weeks I have been driving around in the north-east, east and south-east of the US in a dark red Saab 900S Cabrio, which I borrowed from my cousin in Carrollton (GA). I travelled through North Carolina, Virginia, West Virginia, Maryland, Pennsylvania, New York, Connecticut, Rhode Island, Massachusetts, New Hampshire, Vermont, Kentucky, Tennessee, Mississippi, Alabama and back to Georgia. In three weeks time I have driven 4629 mi (7450 km). I tried to ask for directions in Tennessee but my goodness, I could hardly understand those people! I made sure I had road maps for the rest of the trip.

The states Connecticut, Maine, Massachusetts, New Hampshire, Rhode Island and Vermont together are called New England and I must admit, it reminded me of good old England indeed. Everything is well-kept: houses, gardens, roads. Vermont and New Hampshire are famous for the stunningly beautiful woods as they put on their robes of autumn colours. No wonder all the hotels are overbooked with 'leaf peepers' every year. In Massachusetts I went by ferry to Martha's Vineyard. A real summer resort, where I stayed in Edgartown. In West-Virinia I travelled John Denvers country roads (they didn't take me home though :-)) where I passed through very little towns or rather just a few houses calling themselves a town, like Harmony. When I asked for directions to Kentuck (an even smaller town) some guy gave me driving directions, looked at me and asked unbelievingly 'You want to go to Kentuck?!'. Apparently he didn't want to lie buried there.

In Tennessee for the last time I went to the hair dresser. My hair was cut by an middle aged lady whom I could hardly understand.
"Y'all want a hair cut?", she asked with a heavy southern accent.
'All?' I thought to myself and looked around me. Nobody but me and a granny sitting under the hairdryer. She probably didn't want a haircut. Did she just mean me, by 'all'?
"Eh… are you talking to me?', I timidly asked back.
"Of course!"
When the two women started to talk I immediately lost track of their conversation. Absolutely incomprehensible for me. Suddenly the hair dresser said something and granny didn't respond.
"Eh… are you talking to me?", I asked again.
"Of course!"
That was a very tiring hair cut, let me tell you that.

In Mississippi I ran into a police road block. Two police cars on either side of the road, blue lights flashing and just one very big Afro-American sheriff in the middle of the road.
"Driver's license!", he said with a bass voice.
"I've got my license in the boot officer", I explained to him and pointed at the back of the car.
He looked at me.
"From which state?", he asked.
"Well, it's not an American license. I am from The Netherlands you see".
" Go ahead, go ahead - be careful”, he said and I could continue my journey.

Without problems I arrived back in Carrollton, my cousin Alex drove me to Atlanta where I caught a plane to Boston. A relaxed city and I bet a great place to work and live. Tonight (August 16) I am leaving on yet another red eye to Dublin, Ireland and from there to Amsterdam. After ten months I will set foot again on Dutch soil.

As Robert Louis Stevenson once said: 'There are no foreign lands. It is the traveler only who is foreign'.

Till we meet again, someday, somewhere!


  • 16 Augustus 2009 - 19:48

    Fr/Ans:

    Ha die Gerard,

    Ook wij hebben genoten van je verhalen. Echt klasse. Jammer dat het voorbij is. In meerdere opzichten. Goeie vlucht naar huis. We treffen elkaar weer: somewhere somehow. Nemen we tenminste aan. Hier tijd voor het tweede journaal. De eerste heb ik gemist. Dus .....

    Knuffel van Ans en een poot van mij, Frans.

  • 17 Augustus 2009 - 06:28

    Praline:

    Ha Gerard!
    Spijtig dat deze reis erop zit. Ik heb je reisverhalen met ongeloofelijk veel plezier gelezen.

  • 17 Augustus 2009 - 08:09

    Saskia Dicks:

    Gerard,

    Het was leuk om je verhalen te lezen en de foto's te bekijken. Je hebt een geweldige reis gemaakt. Wat gaat de tijd snel voorbij. Ik werk nu bij de Provincie! Groeten Saskia Dicks

  • 17 Augustus 2009 - 08:23

    Bob:

    Hallo Gerard, bedankt voor al je prachtige verhalen.... Jouw reis gaat gewoon door!
    Groetjes, Bob Mors

  • 17 Augustus 2009 - 11:21

    Nynke:

    Ongelofelijk dat er alweer 10 maanden voorbij zijn! Ze zijn hier snel gegaan, maar voor jou ongetwijfeld nog veel sneller. Hoop dat je nog lang kunt teren op alle ervaringen en herinneringen.

    Hartelijke groet
    Nynke

  • 18 Augustus 2009 - 19:56

    Neef Alex:

    I have a hard time reading that "Dutch geknauw" of yours. You must have picked that up in my part of the country. I am sure you made it home alright and the Cabrio you borrowed is back in its rightful place by the street with the For Sale sign in the window. We enjoyed your visit with us among all the busy-ness that we had to deal with. Sorry you could not make a yoga class, it would have rounded off your trip very well. See you soon.

  • 20 Augustus 2009 - 16:51

    Nel & Ben:

    Welcome home!

  • 09 Oktober 2009 - 17:12

    Gert V.d. Esschert:

    Hallo Gerard,

    Eerst nu hebik pas in de gaten dat je al weer hoog en droog thuis bent. Man wat een prachtige verhalen, schrijven dat kun je.
    Als je nog wat nostalgisch wilt genieten van je oude woonplaats Epe, kijk dan even op mijn site www.lohuizerbrink-epe.nl

    Het ga je goed!

    Gert

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Gerard

Ik lijd aan een milde vorm van de erkende ziekte 'dromomanie': een overheersend verlangen tot reizen. Zelf benoem ik dit meestal met het Duitse woord Fernweh. Why do I want to travel? Let Sir Francis Chichester KBE (British solo sailor) speak for me: I found my life restricted and pondered how I could break through into a bigger life. You see, life is too precious to be used up for the sole aim of making money. Het boek over mijn reis, 'Er bestaan geen vreemde landen', is te verkrijgen via www.uitgeverijgelderland.nl. Gebonden, hardcover, 528 pagina's.

Actief sinds 29 Aug. 2008
Verslag gelezen: 10428
Totaal aantal bezoekers 136063

Voorgaande reizen:

22 Oktober 2008 - 17 Augustus 2009

Er bestaan geen vreemde landen

Landen bezocht: