Kakadu National Park

Bij het oversteken van de straat moet je hier eerst naar rechts te kijken en dan pas naar links. Dat was wel even wennen. Ik ben al een paar keer bijna plat gereden door zo’n enorme 4WD. Nu begrijp ik ook, waarom die Aussies allemaal zo’n bullbar voor op de auto hebben; dat is helemaal niet tegen kangaroos in the outback, maar tegen toeristen die niet opletten en toch oversteken.
Een bezoek gebracht aan het prachtige, cycloonbestendige Parliament House, waar het bestuur van Northern Territory zetelt. Op deze plek stonden de Post and Telegraph Offices, die door de Japanners op 19 februari 1942 gebombardeerd zijn. Op de plek waar de bom insloeg zit een koperen plaquette in de vloer, terwijl delen van de bom bij de ingang aan de muur hangen. Toen ik terugliep naar de stad haalde ik twee Aziatische meisjes in, die zich op een mountainbike halverwege naar boven hadden geworsteld en nu hijgend op de stoep zaten. “Tired, are we?”, stelde ik vast. “Yes”, zei er een, “we just finished work”. Ik vroeg me in stilte af wat voor werk ze dan deden, dat ze geen puf meer hadden om te fietsen.
Een bezoek aan het Museum And Art Gallery was een must. Fotograferen verboden. De art gallery was wel aardig; veel Aboriginal kunst. De expositie over de cyclone Tracy was imposant. Onvoorstelbaar. Filmbeelden van de ochtend direct na de ramp. Werkelijk alles plat. Er was een kleine, donkere ruimte. Daar ging je in en dan hoorde je de echte geluiden van Tracy; indertijd door iemand op een cassettebandje opgenomen. Heel spooky - loeiende wind, slagregens, veel kabaal van alles wat bezwijkt. Er staat in Darwin nu nog een watertoren (die zijn best hoog) en daar hebben ze na de cycloon afdrukken van koelkasten in aangetroffen.
Afgelopen vrijdag ben ik naar het beroemde Kakadu National Park geweest. Kleine groep van veertien man. Het park is 19.757 vierkante kilometer groot. Het stikte van de vliegen en andere insecten. Ik smeerde mijn armen nek, hals en gezicht eerst in met drie lagen zonnebrand, daarna bracht ik CVS insectenspray aan en ritste ik de pijpen aan mijn afritsbroek. Een van de twee Chinese meisjes uit de groep zag dit: “Dat is handig!”, zei ze verbaasd. Zelf liep ze in een soort Chinese hot pants en op plastic teenslippers. Daar verbaasde ik me dan weer over. Die hot pants vond ik verder wel oké, maar als je nou de Australische outback in gaat, dan doe je toch geen plastic teenslippers aan? We volgden de Nanguluwur Art Site Walk. Onder een overhangende rots waren diverse Aboriginal rotsschilderingen te zien. Vliegen zoemden om mijn hoofd. Irritant. De rest van de groep stond zichzelf constant op de armen en benen te slaan om de vliegen en andere veelpotig gespuis van zich af te houden. Een Engelse jongen van tien is in zijn kuit gebeten. Ik stond dit geamuseerd gade te slaan - in mijn lange broek. We begonnen aan een pittige klim over rotsachtig terrein. Het uitzicht is niet verkeerd; voor mij klimt het Chinese meisje in haar hot pants en op haar badslippers met pijn en moeite het pad op. Verder is ze wel aardig. We arriveerden bij het Nawurlandja Lookout Point. Werkelijk een prachtig uitzicht over een deel van dit park. Wat een uitgestrektheid, ongelofelijk. We kijken tegen het machtige massief van de Nourlangie Rock aan (foto). Het is akelig heet: 39 graden is met een luchtvochtigheid van 85. Ik heb mijn waterfles alweer aardig leeg. Greg zette koers naar het hoogtepunt van deze dag: een boottocht op het Yellow Water Billabong, een onderdeel van de South Crocodile River. Park Ranger Donny laadde ons in zijn boot. Meer dan een derde van alle vogelsoorten van Australië, leeft in Kakadu. Net als 117 soorten reptielen, 1700 plantensoorten en 10.000 soorten insecten. Deze laatste groep drong zich op uiterst irritante wijze aan ons op. We zagen tweemaal van zeer dichtbij de statige Jabiru en een visarend. Maar vogels is niet echt mijn ding. Plots zag ik voor ons een krokodillenkop in het water. Het beest kwam boven water, zwom naar voren en had ineens een enorme witte vis in z’n bek (foto). We zien uiteindelijk nog drie krokodillen; wel gaaf natuurlijk. Donny zag dat wij de hitte en de vliegen zat waren. “Allright, I will put the aircon on”, zei hij. Hij gaf vol gas en de twee Honda buitenboordmotoren begonnen te brullen. Door de snelheid waren we in een klap de vliegen en de hitte kwijt. Toen werd het toch nog gezellig. Zaterdag ben ik met Greyhound Australia vertrokken naar Alice Springs. Vertel ik de volgende keer. Boh boh! (Aboriginal voor good bye)


KAKADU NATIONAL PARK
I visited the beautifully built and cyclone proof Parliament House, where the government of the Northern Territory resides. This used to be the very spot where the Post and Telegraph Offices were situated, but on February 19, 1942 the buildings were destroyed by a Japanese bombing raid. I also visited the Museum and Art Gallery. They display a lot of Aboriginal art. The exhibition about cyclone Tracy was impressive.
Last Friday I went with a tour to Kakadu National Park with a group of fourteen people. The surface of this park is 19.757 square kilometers (7.628 sq mile). Insects and other flying scum swarm around you all day, bloody annoying! So first I rubbed in my face, neck and arms with sun block and after that I sprayed myself with CVS insect repellent. I was wearing this convertible pair of trousers, so my legs were OK. I even wore socks! But no matter what you do, the insects are and will be a nuisance! We did the Nanguluwur Art Site Walk, where you will find these beautiful Aboriginal rock art. After that it was quite a climb to the Nawurlandja Lookout Point. The view is out of this world! Such vastness, unbelievable. We were next to the famous Nourlangie Rock. It was terribly hot, 39ºC (102ºF) and humid (85%) so it felt even hotter. Standing in the Australian outback I realised that our only life line was the coach with 120 liters of chilled water in its water storage tank…
Bus driver Greg then took us to the Yellow Water Billabong, a part of the South Crocodile River. One is advised not to swim there ;-). Park Ranger Donny took us with his boat on a nice trip of about 90 minutes. More than one third of all the bird species of Australia lives in Kakadu. Just as 117 species of reptiles, 1700 different plant species and 10.000 different insects species. Now, I wonder, who counted all these insects? We spotted a Jabiru very close to us and even an osprey (Fr. un bulbuzard pêcheur). While everybody was looking at these futureless birds, I (yes, me!) spotted a crocodile next to the boat fish hunting in which he or she succeeded indeed. After that we saw three more rather large crocs which was very unusual for the time of the year, because the females are making nests and don't show themselves while the guys are usually under water somewhere. Donny the Ranger saw us suffer from the heat and the insects. “All right", he said, "I will put the aircon on”. At full throttle both the insects and the heat were instantly gone. I must say that this trip was a day well spent. Kakadu is a must see if you are in The Top End of Australia.